Onze hersenen veranderen definitief als we met tegenslagen te maken krijgen. Dat hebben neurowetenschappers van het Radboudumc aangetoond. Met die kennis kunnen wetenschappers in de toekomst mogelijk de ontwikkeling van psychiatrische aandoeningen voorspellen.

Je hersenen veranderen door de dingen die je meemaakt. Nu blijkt dit ook meetbaar te zijn. Dat ontdekten de neurowetenschappers in een onderzoek onder zo'n 170 mensen van wie allerlei gegevens verzameld zijn.

De wetenschappers richtten zich in het onderzoek specifiek op tegenslagen. Dat zijn dingen of gebeurtenissen waarvan bekend is dat ze een negatief effect hebben op de ontwikkeling. Voorbeelden daarvan zijn een moeder die rookt tijdens de zwangerschap, problemen bij de bevalling, misbruik of een groot ongeluk.

Deze informatie vergeleken de onderzoekers met de hersenstructuur van deze mensen. Dat deden ze met behulp van hersenscans die op 25-jarige leeftijd en op 33-jarige leeftijd waren gemaakt.

Vervolgens speurde kunstmatige intelligentie naar verbanden tussen tegenslagen en patronen in de hersenen. "Die kwamen heel duidelijk naar voren", meldt onderzoeker Nathalie Holz in een persbericht.

Psychiatrische aandoeningen voorspellen

Volgens onderzoeksleider André Marquand kunnen wetenschappers de invloed van gebeurtenissen tot wel 25 jaar geleden terugzien in de hersenen.

"En misschien wel belangrijker: dat zou ons kunnen helpen voorspellen wie meer risico loopt op het ontwikkelen van psychiatrische aandoeningen."

Doordat de onderzoekers nu weten hoe hersenen normaal gesproken reageren op tegenslagen, kunnen ze ook zien wanneer de reactie ervan afwijkt. "En we zagen dat zo'n afwijkend patroon verband hield met angstklachten." Zulke klachten spelen een belangrijke rol bij veel psychiatrische aandoeningen.

De wetenschappers publiceerden hun bevindingen in Nature Genetics. Ze verwachten dat die kunnen bijdragen aan het vroeger opsporen van psychiatrische aandoeningen. zorgverleners kunnen patiënten dan eerder en beter behandelen.

Maar zover is het nog niet. Eerst is nog meer onderzoek nodig.

Bron: Nu.nl