Terug

Bron

4 Bipolariteit en naasten

Een psychische aandoening raakt niet alleen de persoon zelf, maar kan ook zeer ingrijpend zijn voor de mensen in zijn omgeving. Bij naasten kan het gaan om een partner, maar ook om kinderen, ouders, een broer of zus, goede vriend(in) of buren.  

Wanneer je naaste bent van iemand met een bipolaire aandoening, dan zit je met veel vragen. Je bent op zoek naar informatie of steun, ook voor jezelf. Ook komt het steeds vaker voor dat hulpverleners naasten bij de zorg betrekken.

Rollen van naasten

Als naaste kun je verschillende rollen hebben. Als informatiebron voor diagnostiek en monitoring. Maar ook als co-begeleider die daadwerkelijk in het behandelplan van je dierbare meewerkt. Verder kun je als naaste een rol hebben als mantelzorger voor persoonlijke zorg, praktische hulp of emotionele ondersteuning. Met toestemming van je dierbare is jouw betrokkenheid dus zeer gewenst.

Door al deze verschillende rollen kun je zelf ook zorg of ondersteuning nodig hebben. Het is belangrijk dat de zorgverlener met jou bespreekt of je behoefte hebt aan lotgenotencontact en/of eigen individuele hulp. Soms is een partner/relatietherapie of een gezinsbehandeling nodig. Ook een preventieve aanpak voor kinderen, broers of zussen van een iemand met een bipolaire aandoening kan belangrijk zijn. Als de naaste een minderjarig kind of jongere is, vraagt deze rol een andere aanpak van de hulpverlener dan wanneer het om een volwassene gaat.

Voor een goede behandeling is het belangrijk je goed samenwerkt met de hulpverlener(s). Bipolaire aandoeningen kennen een grillig verloop en de behoefte van je dierbare aan ondersteuning varieert sterk. In de ene periode leunt hij erg op zijn omgeving, in een volgende fase kan familie gewoon familie zijn. Ook kan het zijn dat je dierbare zijn hulpvraag niet kan verwoorden of niet in staat is contact te leggen. Hulpverleners vinden het dan lastig om naasten te betrekken, terwijl dat voor alle partijen beter is. Een goed toegeruste naaste verhoogt namelijk de kans op een goede prognose. Instellingen hebben veelal vastgelegd op welke manier zij met familie omgaan.

Partner

Mensen die kampen met een psychische aandoening veranderen. Als partner is het moeilijk als je je geliefde ziet lijden. Je kan je machteloos voelen, het gevoel krijgen dat je elkaar niet meer kent en alleen maar moet verzorgen of moeilijkheden ondervinden met intimiteit. Als partner met kinderen kun je het gevoel krijgen dat je er alleen voor staat bij de opvoeding.

Je bent partner en geen hulpverlener

Duren de klachten van je partner lang of worden ze ernstiger? Zoek dan professionele hulpNaar de huisarts gaan is een goede eerste stap. Je kunt gerust zeggen dat je je zorgen maakt. Dat geeft je partner het gevoel dat hij of zij voor jou van betekenis is. Mensen die depressief zijn, kunnen het idee hebben dat ze er niet toe doen.

Je partner steunen en helpen betekent niet dat je hem of haar kan redden met adviezen en oplossingen. Je blijft partner en bent geen hulpverlener. Dat zijn twee verschillende rollen. Als je in de rol van hulpverlener stapt, loop je het risico vroeg of laat zelf op te branden. Wel kan het goed zijn om zo mogelijk samen met je partner op zoek te gaan naar informatie. Die informatie kan jou helpen om de aandoening te begrijpen en jouw partner om de aandoening te (h)erkennen.

Kind

Als kind zie je dat één van je ouders langdurig anders doet dan anders. Hij of zij doet bijvoorbeeld veel minder dan vroeger of heeft vaak geen zin om te praten. Ook kan het zijn dat het hem of haar ontbreekt aan zin om met je te spelen of je te helpen bij je huiswerk. Er wordt minder voor je gezorgd en je krijgt mogelijk ook veel minder aandacht.

Je denkt misschien dat het jouw schuld is of je gaat voor je ouder zorgen. Je durft misschien niet veel vragen te stellen, omdat je bang bent dat hij of zij dan verdrietig of kwaad wordt.

Wat kan je doen?

Bedenk dat de somberheid of uitbundigheid en het misschien vreemde gedrag van je ouder niets met jou te maken heeft. Het heeft te maken met de aandoening. Jij kan een ouder in deze situatie niet écht helpen.

Tips voor wat oudere kinderen:

  • Als je vindt dat je te weinig aandacht krijgt of te veel last hebt van de problemen thuis, praat daar dan over met je andere ouder. Deze ouder is soms zoveel bezig met de problemen thuis, dat jij wat vergeten wordt. Meestal is dat niet de bedoeling, maar gebeurt het zonder dat je vader of moeder dat in de gaten heeft. Laat je dus horen.
  • Ga regelmatig bij vrienden of familie spelen of logeren, zodat je even lekker jezelf kan zijn.
  • Denk aan jezelf en zorg voor jezelf. Blijf de dingen doen die je graag doet, sluit je niet op.
  • Deel jouw moeilijkheden thuis met anderen. Dat is geen verraad aan je ouders, maar zorg voor jezelf. Je kan een volwassene kiezen die je vertrouwt. Bijvoorbeeld je opa of oma, een oom of tante, of een oudere broer of zus.

KOPP-kinderen

KOPP staat voor Kinderen van Ouders met Psychische Problemen. Er zijn veel websites met informatie voor en over deze kinderen te vinden. Wij noemen er hier een paar:

Betrokkenheid van naasten

Als naaste heb je niet alleen verschillende rollen. De mate waarin je je dierbare kent, zijn psychische aandoening en het netwerk van hulpverleners spelen ook een rol. Zo zullen sommige naasten hun dierbare al (heel) lang kennen, terwijl anderen pas kort in beeld zijn. Als sprake is van meerdere naasten, is bovendien de onderlinge verhouding en kijk op de zaak van belang. Kom je voor het eerst in contact met een professional of heb je al jarenlange ervaring? En in hoeverre kun je een beroep doen op een groter (familie-)steunsysteem? Verder kunnen financiële, opvoedkundige en maatschappelijke factoren van invloed zijn op het contact met de professional. Denk hierbij aan isolement van je gezin, schooluitval of achteruitgang van het huishoudinkomen.

Ypsilon en Naasten Centraal richten zich specifiek op naasten. Ypsilon is een vereniging van familieleden van mensen met een psychische kwetsbaarheid. Naasten Centraal zet zich vooral in voor familie en vrienden van mensen met psychische of psychiatrische problemen, die vanwege overbelasting zelf hulpvrager (dreigen te) worden.

Plusminus biedt ook lotgenotencontact aan naasten. Heb je hierover een vraag, mail dan naar bureau@plusminus.nl. Daarnaast houden 2 bestuursleden zich specifiek bezig met de belangen van naasten. Zij zijn te bereiken via naasten@plusminus.nl.

Familiebeleid

Ggz-instellingen zijn sinds december 2016 verplicht om de structurele ondersteuning van naastbetrokkenen te vertalen naar goed familiebeleid. Deze samenwerking met en ondersteuning van naastbetrokkenen is verankerd in een kwaliteitsstandaard, waar alle ggz-instellingen zich aan moeten houden. Elke ggz-instelling heeft een familieraad en het is steeds gebruikelijker dat er familie-ervaringsdeskundigen bij ggz-instellingen werken.

 


Gemiddeld (0 Stemmen)
4 Bipolariteit en naasten

onderdeel van:

Bipolaire aandoeningen

organisatie:

Plusminus

Geen reacties gevonden..